gevonden!!!
Gekaramelliseerde knoflooktaart
Droge knoflook is er altijd, moestuin of geen moestuin, seizoen of geen seizoen. In deze knoflooktaart, uit Plenty van Yotam Ottolenghi, gaat ook wat zachte geitenkaas – dat geeft zo’n boerenlandgevoel. Geef er om het seizoensachtig en moestuinerig te houden sla bij van allerlei vroege bladgroenten.
Een vriendin van Ottolenghi dacht dat dit het ‘allerlekkerste recept ter wereld’ was. Ik moet zeggen: het is niet volstrekt onmogelijk.
Voor 6 personen
375 g roomboterbladerdeeg
3 middelgrote bollenknoflook
1 el olijfolie en 1 dessertlepel balsamico-azijn
1 afgestreken el suiker
1 dessertlepel gehakte rozemarijn
1 dessertlepel gehakte tijm
120 g zachte, romige geitenkaas
120 g harde geiten- of schapenkaas
2 scharreleieren
1 dl slagroom
1 dl crème fraîche
Bekleed een springvorm van 28 cm doorsnede met bakpapier. Schik daarin het bladerdeeg – als het in plakjes is – plak de randjes dan zo goed mogelijk met water aan elkaar en snijd de bovenrand bij. Zet hem twintig minuten in het vriesvak. Verwarm de oven voor op 180 graden.
Haal de teentjes knoflook los en pel ze. Dat gaat gemakkelijker als je ze even plet met de platte kant van een mes. Doe ze in een pan en overgiet ze met water tot ze onderstaan, breng aan de kook en laat 3 minuten koken.
Leg folie en bakknikkers of oude bonen op het deeg en bak de taartbodem 20 minuten. Haal het folie weg en bak nog 5 à 10 minuten tot het deeg goudbruin is.
Giet de knoflook af. Doe een lepel olijfolie in de pan en bak de knoflookteentjes daarin 2 minuten op hoog vuur. Voeg de balsamico toe, 2 dl water en de lepel suiker, laat zachtjes stoven. Voeg na tien minuten de rozemarijn, de tijm en een snufje zout toe, laat nog tien minuten stoven. De vloeistof moet tot stroperig zijn ingekookt.
Verkruimel de beide soorten kaas. Strooi ze over de gebakken taartbodem. Schep de knoflook met de stroop er overheen. Klop de twee soorten room en de eieren met wat zout en peper door elkaar en giet dat over de taart.
Zet de oven op 160 graden en bak de taart nog een minuut of veertig, tot de bovenkant goudbruin is. Laat hem op een rooster wat afkoelen.
De taart kan warm of lauwwarm gegeten worden. Hij kan makkelijk weer opgewarmd worden en wint zelfs iets aan smaak door hem te laten staan (dus de volgende dag is-ie ook prima).